(Van mijn speciale verslaggevers
op het Maleisische eiland Langkawi waar droogte en hitte om de voorrang
strijden)
Donderdag, 27 februari 2014. De
eerste etappe van de Ronde van Langkawi met een lengte van iets meer dan
honderd kilometer ligt aan snee. Geen lange etappe maar wel een die bij
gedeelten lastig is vanwege de vele korte doch steile klimmen. Om 9.30 uur
zullen de schoenen in de pedalen klikken en zal de adrenaline gaan stromen. Wij
zullen dat niet meemaken. Te vroeg en te ver.
Met de auto rijden we vanuit het
hotel in een luttele vijf minuten naar het hoogste punt van de eerste klim waar
we tegen de klok van tienen aankomen. Met enige verbazing stellen we vast dat
we aldaar – op een drietal Australische supporters na – de eersten zijn. Niet
veel later passeert ons de eerste renner die op korte afstand wordt gevolgd
door een drietal anderen. Pas vijf minuten later komt het peloton door. Gevolg
van een massale valpartij? Of speelt een variant van “Parijs is nog ver” door
het brein van de renners?
Nu we vastgesteld hebben dat de
bevolking van het eiland niet massaal op de been is om het spektakel aan de
kant van de weg gade te slaan; spoeden we ons richting finish in Pantai Cenang
waar de aankomst van de renners rond twaalf uur wordt verwacht. Daar vinden we
op zo’n tachtig meter van de streep een mooie plaats in de schaduw. Hier is
iedereen – behalve de weinige toeschouwers - in opperste staat van paraatheid.
De speaker doet zijn uiterste best om het publiek in de gewenste stemming te
brengen maar slaagt daar slechts ten dele in. Een lauw gejuich en matig applaus
is het resultaat van zijn inspanningen. Een folkloristisch dansgroepje vermaakt
de hotemetoten op de eretribune.
En zo verstrijkt op aangename zij
het langzame wijze de tijd tot aan de doorkomst van de eerste renner, de
Colombiaan Duber Quintero. De man wordt niet bepaald op zijn hielen gezeten.
Pas na elf seconden snelt het peloton over de finish. Tot een massasprint komt
het echter niet. Het koppel Graeme Brown en Theo Bos, respectievelijk lead out en afmaker, hoeft vandaag zijn
kunstje niet te vertonen.
Nu wordt het tijd voor aapjes
kijken. Een grote groep renners maakt aan politie en officials duidelijk dat ze
nu wel eens naar de bus willen. En even duidelijk wordt door de laatsten - met veel
misbaar en daarmee gepaard gaand verbaal machtsvertoon - kenbaar gemaakt dat
het daarvoor geschikte moment nog niet is aangebroken. Graeme Brown die ongevraagd
de functie van woordvoerder op zich heeft genomen, voegt in sappig Australisch de officials enige
passende woorden toe, die – zo nemen wij aan – niet voorkomen in de categorie
verhaaltjes voor het slapen gaan.
Dit stuitende tafereel speelde
zich in de brandende zon en de stomende hitte onder onze ogen aan de overkant
van de weg af. Pieter Weening echter bleef onder dit alles heel stoïcijns. Zijn
ziel vertoefde waarschijnlijk te Harkema. Naar schatting klokte hij tijdens dit
oponthoud wel een anderhalve literfles bronwater weg. Als dan eindelijk de weg
voor de renners is vrijgemaakt gaan wij ook ons weegs. De lunchtijd is
aangebroken. Wordt het Char Koay Teow of toch maar Nasi Kandar.
Geschreven door mijn vader, Leonardo Delvecchio (Leo van den Ouden)
Geschreven door mijn vader, Leonardo Delvecchio (Leo van den Ouden)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten