Bocht

Bocht, oh heerlijke bocht. Zalige bocht. Prachtig mooie bocht. Wat geef je mijn fietsbestaan een afronding naar links of recht in plaats van Noord-Hollands traditioneel rechtdoor. Lieflijke kromming, wat heb ik je gemist. Vandaag ontmoet ik je weer. Soms laat je me je in al jouw kromheid zien, voelen en genieten. Afwisselend van prachtige haarspeld tot flauw afbuigend exemplaar. Oplopend of afdalend. Gecamoufleerd door lage bosschages die sterk ruiken naar de herfst; een geur van open en oude wijnvaten vermengd met de reuk van paddenstoel. De kleur is nog niet bijzonder herfstig. Weinig rood, veel geel. Vandaag ben ik thuis, terug op Italiaanse bodem waar de rechtlijnigheid van het Westfriese volkomen ontbreekt. De weg heen is substantieel anders dan de weg terug. Castellina naar Radda lijkt een andere weg te zijn dan Radda naar Castellina. Zo heb ik het graag; de verrassing in al zijn volkomenheid. Na de vele uren rouleren in de polder doet dit mij erg goed.

Lecchi in Chianti; bijna geen hond te bekennen.
Om vijf uur vanochtend opgestaan. Twee uur vliegen van Amsterdam naar Pisa. Een uur na aankomst in Castellina later bestijg ik mijn zwart witte Trek paard. De benen voelen, ondanks de uren vertoeven in een drukcabine, erg soepel. Ik bemerk het tijdens de eerste stijgende meters van de strade bianche. Het goede gevoel blijft gelukkig overheersen. Voor Radda sla ik rechts en daal, bocht na bocht, rap naar beneden. De weg ligt er droog en bladloos bij. De eerste echte klim van deze Toscaanse vakantie wacht. De helling verloopt soepel en weldra arriveer ik in het paradijselijk dorpje Lecchi in Chianti. Een gehucht. Daarna volgt Gaiole in Chianti; het stadje van l’Eroica. Een lange doch eenvoudige klim volgt. Ik kan het tot het einde volhouden, waar ik vorig jaar halverwege de benen moest stilhouden. De conditie is nog steeds goed constateer ik derhalve. Na acht kilometer bereik ik het dak van de ronde op ruim zeshonderd meter hoogte. Erna volgt een afdaling om wederom in Radda in Chianti aan te komen.

Bocht, oh heerlijke bocht. Zalige bocht. Prachtig mooie bocht. De terugreis doet me verwonderen. Hoe vaak heb ik deze weg gereden. Tallozen malen. Ik ken jou en je bochten nog steeds niet. De laatste bocht stuurt me van het verharde naar het sterrata. Ik krijg mijn hardlopende zwager in beeld. Een snel inhalende passant doet me schrikken. Hond Looky daalt sneller dan ik. Ze is met zwager Samir meegelopen. Gedrieƫn doen we de laatste bocht.

Geen opmerkingen: