Afgewisseld

Ik zit in dubio: binnen trainen op de Tacx of toch maar weer eens de neus aan het buitenvenster steken. Ik besluit voor de laatste optie. Om half tien sta ik buiten en rij de koude in.

De zaterdag komt traag op gang in Hoorn. De straten zijn nog nat, de klinkers brengen de renner in twijfel: glad of nat. Voorzichtigheid geboden. Het IJsselmeer ligt er roerloos bij. Open stukken water afgewisseld met ijsschotsen en voorzichtig kruiend ijs. Het geheel doet noordpolig aan. Zelfs voor de meerkoeten is het water te koud of zouden zij een andere reden hebben dan samengeschoold op de dijk te bivakkeren. De mist wappert in vlagen over dezelfde dijk.



Aangezien de west noordwestelijk is, rijd ik in de richting van Obdam. Ik besluit, net zoals op de Tacx, de trapfrequentie rond de 80 in plaats van de gebruikelijke 90 te houden. In tegenstelling tot de Tacx bevalt het mij allerminst. Terugschakelen naar een hogere versnelling met dito frequentie.

Het boerenland is al even stil en verlaten. Mist drappeert haar flarden over de boerderijen en landerijen. Koning Winter heeft nog enkele stroken van zijn witte kledij in met name de zijwallen van de sloten achtergelaten afgewisseld met een enkele losse pluk wit. Naargeestig zou de één het vinden. De renner geniet intens, mede door de lage windsterkte.

De Wipbruglaan nadert en ik besluit mezelf even goed te testen: drie minuten intensief. De eerste minuut verloopt goed, maar wat gaat de tijd toch langzaam. De hartslag is inmiddels voorbij het omslagpunt en de laatste minuut nadert. Nog even doorbuffelen, concentreren op de ademhaling en dan mag ik de stopwatch uitzetten. 364 watt. Een verbetering van 10% ten opzichte van een maand geleden. Tevredenheid alom.

Het tempo van de renner zit er goed in. Na de intensieve drie minuten wordt er koers naar het zuiden gezet. Een groep wielrenners nadert in tegengestelde richting. De laatste zwaait. Even twijfelt de renner: meedoen of doorrijden.

Danilo wacht op me. Hij rijdt met een groepje van zes andere HRTC'ers, waaronder andere ex-leerling Iris. We sluiten aan en praten wat. Voorbij Spanbroek zetten we ons op kop en voeren het tempo op.

De donkerblauwe auto staat rechts geparkeerd. De remlichten fonkelen. De groep nadert en maakt aanstalten om de auto te passeren. De niets vermoedende automobilist opent zijn linkerportier. De renner kan de auto net aan ontwijken. Hij schrikt en vloekt! Even later, parallel aan de snelweg rijdend, wordt hij bijna van de weg gereden door een wild rijdende boer op een trekker. Wederom gevloek. Hoorn nadert. 4,1 graad. Het IJsselmeer is een poel van ijs, koude en mist. Binnen de enkele minuten daalt de temperatuur tot 2,7 graad.

Tevreden spoel ik de fiets schoon. Bijna twee uur en eindelijk boven de 30 kilometer. Vakantie. Trainen. Eind volgende week naar Limburg. Amstel Gold Race en Klimclassic verkennen.

Geen opmerkingen: