Veenendaal-Veenendaal

De eerste was de laatste. Voor alle duidelijkheid: ik heb het hier over toertocht. Vorig seizoen heb ik slechts aan een toertocht deelgenomen. Veenendaal-Veenendaal is de eerste van drie. Hierna volgen de Amstel en de Klimclassic.

Waar is iedereen? Het is toch wel vandaag? Gedachtes schieten door mijn hoofd als ik Veenendaal met de auto binnenrijd. Het ís vandaag. Enkele seingevers wijzen mij de weg. Parkeren op de wielerbaan van de AXA Valleirenners. Wat is het koud, somber en grauw. De temperatuur op mijn Garmin geeft een negatief getal aan met het buiten rijden van Veenendaal. Spoedig nestel ik me in een groepje. In grupetto wordt de eerste klim van de dag aangedaan: de Amerongse berg. De beklimming gaat redelijk. Ik forceer mezelf niet. Bewust niet gezien het aantal kilometers, de koude en de gerezen twijfel ten aanzien van mijn conditie. Een ruime twee weken niets doen wegens verkoudheid, koorts en de zware tocht van vorige week hebben mijn zelfvertrouwen weinig goeds gedaan.


Italiaanse weg
In de aanloop naar de Koerheuvel in Rheden bevind ik me in een flinke groep. Als tweede kom ik boven en rijden we naar de Italiaanse weg. In de Gelderse Vallei is het goed toeven in de dubbele waaier. Blij dat ik de oversteek op deze vlakte tussen Rhenen en Wageningen niet alleen hoef te maken. De Italiaanse weg is als vanouds lastig, maar kom daar als eerste boven. Van een groep is nauwelijks meer sprake. Met zes arriveren we bij de eerste ravitaillering. Ik rijd door, omdat de koude en het daarbij gepaarde afkoelen me tegen staat. 

De Emmapyramide rijd ik in stilte en concentratie op. Mijn tijdelijke metgezel is uit het zicht verdwenen. Andere wielrenners zijn op de vingers van één hand te tellen. Het gaat lekker. Zo ook de volgende klim: de Zyperberg. De Posbank is een ander paar mouwen. Vervelende klim al blijft de verwachte tegenwind achterwege.
Op de Posbank

Mezelf realiserend het zwaarste deel achter de rug te hebben gelaten, voer ik het tempo over de heide op. Het gemiddelde staat bovenop de Posbank op 30,2. Langzaam kruipt deze richting de 31. Bij het uitrijden van de heide werkt de ijsjestent me op de lachspieren. Die zullen zaken doen vandaag! Doet me denken aan Wammes Waggel, die ijs op de Noordpool en snert in de Sahara verkoopt.

Tot in Oosterbeek rijd ik solo. De korte steile klim tot in Heveadorp wacht. Hevea betekent overigens rubber en dit dorp is indertijd gesticht voor de werknemers van de Heveafabriek. Een fabriek die allerlei rubberen producten produceerde. Mijn benen voelen hetzelfde aan. Ik los dubbel en dwars op de Holleweg. Bovenbenen exploderen simpelweg. Ook op de volgende klims is het hangen en wurgen om boven te komen.

In Veenendaal zet ik de teller uit en fiets de koers uit. De zon is inmiddels doorgekomen, de warmte is terug. Vrij, tevreden en enigszins trots laad ik de fiets in de auto. 30,8 gemiddeld, waarvan ongeveer 80 kilometer solo, is hetgeen mij trots maakt. Ik ben erg benieuwd hoe de benen zich volgende week zullen houden. De steile hufters boezemen me enige angst in.

Organisatoren Veenendaal-Veenendaal: bedankt voor het uitstekend organiseren van deze prachttocht. Hulde!

1 opmerking:

Johan Barelds zei

Ben je ook om 7.00 uur begonnen? Ik wel en had het gevoel ook de enige te zijn. Ben maar gewoon gaan fietsen en uiteindelijk nog wat andere fietsers tegengekomen. Bordje afslag Holleberg heb ik gemist. Merkwaardig genoeg wel 200 hoogtemeters meer dan de andere 135km rijders. Je hebt een mooi gemiddelde gereden. Veel succes met de AGR volgende week!