Vélomédiane Criquielion

Bovenop de Côte de Samrée parkeren we de auto. Het miezert en het is koud. Spoedig zetten Frits en ik de afdaling naar La Roche en Ardenne in om van start te gaan in mijn laatste koers van het jaar: de Vélomédiane Criquielion, vernoemd naar de Waalse ex-wereldkampioen Claude Criquielion en tevens peetvader van deze koers. De afgelopen weken heb ik, overigens beduidend minder fanatiek dan andere jaren, toegeleefd naar het slotstuk van dit seizoen. In La Roche scheiden onze wegen. Ik mag in het bevoorrechte vak starten, te danken aan mijn goede prestatie in 2009.

Om negen uur klinkt het startschot en zet het vak met bontgekleurde wielrenners zich in beweging om direct de Côte de Beausaint te beklimmen. Normaal gesproken rij ik hele groepen voorbij. Nu krijg ik een stijve nek van de vele renners die me voorbij schieten. Heb met mezelf afgesproken rustiger dan vorig jaar te starten. Toen heb ik mezelf flink opgeblazen. Bovenop de Beausaint kan ik me goed verstoppen in een grote groep. Na een nerveuze afdaling volgt een korte klim. Nu schiet ik een hele groep voorbij. Benen zijn in orde. De afdaling loopt daarentegen van geen kant, terwijl ik normaal gesproken goed daal. Groepen schieten me voorbij. Laat ze maar gaan; herstellen in de afdaling is het devies. In een deel van mijn hoofd begint zich overigens een redelijke ergernis af te spelen; die drukte en dat gejaag.

Op de Côte de Hives vanuit La Roche loopt het na een aarzelend begin fantastisch. Wederom haal ik veel anderen in en word zelf niet ingehaald. Mijn rug begint echter op te spelen: een prelude voor wat komen gaat. De volgende klims verlopen telkens goed, maar de onderrug speelt me meer en meer parten. Ook knie en kuit (kleine spierscheuring volgens masseur Hans) zijn me niet gunstig gezind. Op de Côte de Wibrin zak ik door de groep naar achteren. Opvallend dat iedereen hier in het midden van de weg gaat rijden. Niemand rijdt rechts! De al aanwezige ergernis vlamt op; mensen blijf toch nadenken! Eén verkeerde auto en we hebben hier..... De ergernis zorgt voor een stoot adrenaline. Rechts inhalend schiet ik naar voren, een man of zestig inhalend, op kop eindigend en als eerste bovenop te eindigen.

Na een natte en gevaarlijk afdaling volgt de Mur de Vélomédiane. Een verschrikkelijke klim met percentages tussen de 15% en 20%. Het gaat me wonder boven wonder goed af. Rij relatief rustig omhoog. Druk is het niet. Zit dus redelijk vooraan de wedstrijd. In het verleden was het hier slalommen. Bovenop sluit ik aan bij een lange dunne hoogblonde wielrenner: een soort broer van Gesink. Reed ik  vorig jaar tijdens de Sean Kelly niet achter hem? Tijdens de beklimming van de zwaarste klim van België, de Haussire, spreek ik met hem aan. Mijn vermoeden wordt bevestigd in gebrekkig Nederlands. Gezamenlijk rijden we naar boven. Op de Samrée trek ik flink door, mijn besluit heb ik inmiddels genomen. Ik stop ermee. Genoeg is genoeg! Pijn in rug en moraal. Even later arriveert ook Frits. Hij kijkt ervan op en besluit ook de pijp aan Maarten te geven.

1 opmerking:

Johan Barelds zei

Jammer dat je hebt moeten opgeven Rob. Maar als gerenommeerd rugpatient weet ik wat voor hel het is om met rugpijn te moeten rijden. Het weer ook nog in beschouwing genomen denk ik dat je een goede keuze hebt gemaakt. Het moet wel leuk en verantwoord blijven. Volgend jaar gewoon betere condities en weer lekker gaan! Beterschap met de rug.